Waarom iemand blind door het leven moest

Aura Oasis Logo

Een bijna doodervaring verduidelijkt waarom iemand blind door het leven moest

Het komt zelden voor dat je tussen de vele bijna-doodervaringen (BDE’s) er een tegenkomt die zo gedetailleerd en uitgebreid is dat het spirituele, zeer diepzinnige geheimen onthult. Soms stuit je echter op een ervaring die op een bijzondere manier heel speciaal is. Stel je eens voor: een vrouw die sinds haar geboorte blind is, heeft tijdens haar BDE kunnen zien en beschrijft dingen die ze anders nooit zou hebben kunnen waarnemen.

“Zuurstofgebrek in de hersenen?” is een veelgebruikte verklaring door pseudo-sceptici voor bijna-doodervaringen. Maar hier schieten alle kritische verklaringen tekort. Deze BDE leert ons niet alleen dat een blinde kan zien zodra hij het fysieke lichaam verlaat, maar biedt ook inzicht in de reden waarom iemand blind werd geboren. Wat deze ervaring zo bijzonder maakt, is dat iemand die nog nooit heeft kunnen zien, de plotselinge kans aangrijpt om haar bijna-doodervaring zo gedetailleerd te beschrijven. Het moet een dubbele fascinatie zijn geweest.

Ook hier zien we weer de consequenties die ik jaren geleden ontdekte bij zelfmoord-gerelateerde bijna-doodervaringen.

De bijna doodervaring van een blinde vrouw

Ik ben blind geboren. Totdat mijn ouders omkwamen bij een ongeluk, woonde ik bij hen, ook al was ik volwassen. Het spreekt vanzelf dat ik me eenzaam en hulpeloos voelde. Mijn enige vriend was Queeny, mijn geleidehond. Toen zij zes maanden later overleed aan ouderdom, twijfelde ik of ik mijn leven nog aankon.

Enkele kennissen kwamen me een tijdje bezoeken, maar al gauw nam dat af en voelde ik me zeer eenzaam. Ik wilde niemand tot last zijn en besloot daarom mijn leven te beëindigen. Ik zat uren voor het stopcontact voordat ik een mes in een van de gaten stak. Ik wilde niet de rest van mijn leven als een plant doorbrengen en daarom twijfelde ik zo lang. De pijn was onbeschrijfelijk. Op dat moment kon ik plotseling zien. Ik zweefde boven mijn lichaam en keek naar mezelf zonder dat ik een connectie voelde. Ik vond het vreemd om boven mijn eigen lichaam te zweven, maar de pijn was weg. Ik was gechoqueerd, ik had mezelf nog nooit gezien. Ik dacht dat ik er beter uitzag dan ik had verwacht. Ik was zo in beslag genomen door het bestuderen van mezelf, dat ik niet meteen besefte dat als ik mezelf kon zien, ik ook andere dingen moest kunnen zien. Plotseling kon ik zien hoe mijn wereld, mijn kleine appartement, eruitzag. Ik was niet in de duisternis van de dood, maar kon zien en denken.

Toen hoorde ik geluiden van buiten het appartement. Ik dacht bij mezelf: laat ik eens kijken wie dat is, en zweefde automatisch naar de hal. Daar zag ik mijn huisbazin. Ze bleef op de deur kloppen en had een papier in haar hand, waarvan ik zeker wist dat het mijn tweede opzegging was. Ik had geen geld meer om de huur te betalen en wist dat ik eruit zou worden gezet. Ik bestudeerde haar nog enkele seconden en vroeg me af wat ik hier nog deed. Ik wilde de wereld zien.

Zodra ik dat dacht, zweefde ik door de muren en keek neer op de straat beneden. Ik zag mensen komen en gaan. Ik wilde proberen of ik iemand kon aanraken. Ik zweefde omlaag en legde mijn hand op de schouder van een kind. Het voelde vreemd dat ik niets kon aanraken, hoewel ik een hand had, die ik nu nauwkeurig bestudeerde. Ik keek minutenlang naar mijn hand. Ik zag dat er een lichte gloed vanaf kwam en dat mijn hand licht transparant was. Ik zweefde wat rond op zoek naar andere dingen tot ik weer naar mijn lichaam werd getrokken. Ik zag dat de huisbazin intussen binnen was en de hulpdiensten belde.

Ik wou niet meer terug

licht

Ik hoopte op mijn dood omdat dat zoveel beter leek dan leven. Daarom was ik bang dat ze me zouden reanimeren. Ik was overweldigd door een vredig en liefdevol gevoel. Plots bevond ik me zwevend naar een zeer helder licht. Door een ovale tunnel gleed ik steeds sneller naar een ver licht in de oneindige verte. Ik voelde geen angst, maar eerder gerustheid en verwondering. Toen ik in het licht kwam, zag ik een man met een kleed, een baard en lang bruin haar. Ik vroeg hem wie hij was en hij antwoordde dat hij Jezus was. “Ik geloof niet in u,” zei ik, maar hij lachte en antwoordde telepathisch: “Wel, hier sta ik hoe dan ook toch.” Ik keek diep in zijn ogen en vroeg hem: “Was je altijd bij me? Ken je me en weet je hoe ik verzorgd dien te worden?” Hij glimlachte geamuseerd en antwoordde: “Ik hield altijd al van je. Wat ga je doen, hier blijven of meegaan met mij?” “Geef me even de tijd, ik ben juist gestorven en moet hier nog allemaal een beetje aan wennen.”

Plots werd ik me weer bewust van het grote licht dat recht op me afkwam. Het licht leek ook warmte af te geven. Dit was ongelooflijk prachtig en het ontroerde me zo, dat ik weende met een vloed van tranen die er niet waren. Het licht was zo enorm en ik voelde me zo bemind. Ik voelde dat alles me onvoorwaardelijk vergeven was en dat het licht onvoorwaardelijk van me hield.

Toen werd ik plotseling in een kamer gezogen, een enorme kamer met duizenden beeldschermen. Op elk scherm zag ik een film met een episode uit mijn leven: het goede, het slechte, het geheime, het smerige, het oneerlijke en het bijzondere. Alles speelde zich gelijktijdig af. Niets was in een bepaalde volgorde. Het was stil en als je naar een beeld keek, dan was het alsof je erop focuste; je kon alles zien en horen wat er zich afspeelde. Niet alleen in woorden, maar speciaal in gevoelens en gedachten beleefde je opnieuw die levensmomenten.

Op sommige schermen zag ik mijn hond Queeny en op andere zag ik mezelf met een vroegere geleidehond. Ik zag in hoe ik nu ook hun gedachten kon lezen en hoe ik hun leven beïnvloedde. Ik zag mijn ouders en herkende ze onmiddellijk, ook al had ik nooit gezien hoe ze eruitzagen. Ik kon zien hoe ik enerzijds een zegen voor hen was en anderzijds een last. Ik zag hoeveel ze voor mij hadden moeten opofferen. Ik had hen weerhouden zovele dingen te doen die ze hadden willen doen. Ik was vervuld met een sterk gevoel van verantwoordelijkheid om hen te danken voor de constante zorg die ze aan mij hadden besteed.

Het verbodene

“Ik gaf je deze gift van het leven” sprak het licht. “Wat deed je met het leven dat ik je schonk?” Ik reageerde zeer oncomfortabel en antwoordde met een weke stem: “Wel, ik ben blind, en ik weet niet echt wat er van mij verwacht wordt dat ik deed”

“Je kan nog veel doen in je leven, wil je teruggaan?” “Terug naar de aarde?” vroeg ik verbaasd. “In geen geval, waarom zou ik daarnaar teruggaan? Ik wil hier bij u blijven”. “Wel laat me je enkele dingen zien” zei het licht en de scène veranderde, ik was niet langer in die plaats.

Ontmoeting met mijn overleden ouders

hemel

Plots bevond ik me in een landschap, een plek van zulke schoonheid en rust dat het me diep raakte. Dit landschap had het meest wonderbaarlijke, tijdloze en ruimtelijke karakter. Blind zijnde kon ik me alleen maar voorstellen hoe gras, bomen, bergen, wolken en stromen eruit zagen. Maar nu zag ik alles. Het was de meest ongelooflijke ervaring die ik ooit had. Ik was me bewust van de delicate kleurovergangen van regenbogen en hemelse klanken. Geluid was niet zoals ik dat op aarde ooit had gehoord; het leek alsof alles op en neer ging in toonhoogte en volume op een melodische manier. Je kon bovendien ook zien waar de klank vandaan kwam. Ik ontdekte dat de muziek werd voortgebracht door de wind. Wanneer de wind sterker werd, klonk de muziek luider. Het was fascinerend.

Ik vloog over een veld met wilde bloemen, de meeste waren geel, sommige stralend purper en oranje, en ze reageerden op mijn aanwezigheid met een geluid dat klonk als rinkelende belletjes. Ik voelde me overweldigd door deze schoonheid. Het licht leidde me naar een zilveren stroom. Het water glinsterde in de zon. Ik zag twee figuren naderen die ik herkende als mijn vader en moeder. In een oogwenk zweefde ik naar hen toe. Tijd en ruimte bestonden hier niet zoals we die kennen op aarde.

Mijn ouders verwelkomden me onmiddellijk met begroetingen en kussen. Ik kon niet geloven hoe echt en solide ze eruitzagen. Ze zagen er beiden jong en gezond uit. De reünie was zeer aangrijpend. We communiceerden telepathisch over onze liefde voor elkaar. Ze vertelden me dat ze bedroefd waren dat ik zo weinig had gedaan met mijn leven. Ze lieten me voelen dat ze me dat nooit hadden toegelaten omdat ik in hun ogen nooit was opgegroeid. Ze wilden niet dat hun babydochter geconfronteerd werd met de hardheden van het leven, vooral omdat ze zich zo verantwoordelijk voelden voor mijn conditie. Aan het einde van hun leven werd hen getoond dat dit me totaal afhankelijk van hen had gemaakt, wat niet juist was. Het was belangrijk voor hen dat ik terugkeerde naar de aarde om mijn lessen in onafhankelijkheid te vervolmaken. Deze les zou ik hebben gekozen vóór mijn geboorte.

Op dat moment nam het licht de communicatie weer over. Ik kon wel blijven voor een korte periode, maar dan zou ik moeten reïncarneren en dezelfde psychische en fysieke problemen tegenkomen die tot mijn zelfmoord hadden geleid. Dit hield in: de blindheid, de afhankelijkheid, het verlies van dierbaren en alle andere omstandigheden die me hadden gebracht tot de depressie die mijn zelfmoordgedachten veroorzaakte.

Ik kon echter ook teruggaan om mijn leven af te maken, waarbij ik speciale gaven zou krijgen die me zouden helpen met deze situatie om te gaan. De algemene gevoelens waarmee ik worstelde waren dat ik niets had gedaan met mijn leven. Ik voelde me niet zozeer schuldig, maar meer verantwoordelijk voor de verplichtingen die ik altijd had vermeden. Ik zag hoe mijn ouders eronder leden dat ze mij nooit mijn eigen leven hadden laten leiden.

Ik stelde vele levensvragen en kreeg vele antwoorden. Ik begreep waarom de mens met zoveel problemen en obstakels in het leven wordt geconfronteerd. Er werd me verteld dat deze uitdagingen speciaal gepland waren om ervan te leren. Het werd me duidelijk dat alles goed werd besproken en overlegd voordat we ons leven begonnen.

Ik ontdekte het proces van het leven en de kennis en wonderen van de unieke capaciteiten van elke persoon. Ik werd erop gewezen dat God ons kansen gaf voor unieke groeimogelijkheden en dat we naar onze eigen vrije wil konden handelen of deze konden verwerpen. Tot dit moment had ik me niet gerealiseerd dat ik zoveel vooropgezette ideeën had over eigenliefde, zelfrespect, zelfwaardering en afhankelijkheid. Ik had het echt nodig om me geliefd en geaccepteerd te voelen, maar ik was zo zeker dat ik afgewezen zou worden door mijn blindheid dat ik mezelf had gedistantieerd van de mogelijkheid van een rijker en bevredigender leven.

Mijn angst voor afwijzing werd vervangen door liefde en aanvaarding. Ik realiseerde me dat ik alles lief moest hebben en van alles moest leren houden, inclusief alle levende en niet-levende dingen. Plots zag ik mijn hond, die ik liefdevol tegemoet ging en die me overweldigde met liefdevolle likjes. Ik besefte dat zijn taak was geweest om mij te helpen en me graag te zien. Wat was mijn taak?

Opnieuw richtte ik mijn aandacht op het lichtwezen en wachtte geduldig op een antwoord. Er werd me verteld dat als ik terugging, mijn ouders en Queeny een deel van mijn dagelijks leven zouden worden en dat andere gaven zich voor mij zouden ontwikkelen. Ze zeiden me dat het nu mijn taak was om uit te zoeken welke giften ik anderen kon geven. Ze gaven me een belangrijke boodschap: “Houd van jezelf en van anderen”. Ik keek terug naar het licht, maar het was verdwenen. De liefde die ik toen voelde, is me tot op heden bijgebleven.

Opnieuw in het leven

Het volgende dat ik me herinnerde, was dat ik opnieuw boven mijn lichaam zweefde, maar deze keer boven een ziekenhuisbed. Zonder waarschuwing gleed ik plotseling weer in mijn pijnlijke lichaam. Wat me het meest teleurstelde, was dat ik opnieuw zo blind was als ik altijd al geweest was. Ik bad tot God om me te helpen met alle uitdagingen die me in dit leven nog te wachten stonden. De dokter vertelde me dat ik drie dagen in coma was geweest. Het was een wonder dat ik dit had overleefd. Mijn herstel duurde maanden en mijn huisbazin veranderde erg in haar houding tegenover mij. Ze kwam me regelmatig bezoeken en toen ik haar vertelde dat ik gezien had welke inspanningen ze voor mij had gedaan, was ze erg verwonderd. Toen ik haar omschreef welke kleding ze die dag droeg, geloofde ze me en was ze zeer hulpvaardig gedurende de laatste jaren.

De gave die ik had gekregen, was dat ik de gevoelens en gedachten van anderen kon lezen. Ik maak me nu nuttig als een helderziende en heb veel nieuwe vrienden gemaakt. Ik besef nu ook dat de handicaps waarmee we geboren worden, door onszelf voor onze beproeving zijn gekozen. Ik kreeg ook de mogelijkheid tot astrale projectie, waardoor ik dagelijks mijn ouders en mijn hond kon bezoeken. Ik weet dat ze nog dagelijks bij me zijn en me helpen. Ik liet mijn bitterheid over mijn blindheid los en begon van mezelf te houden.

	Vertaling Denis

© 2002 Aura-Oasis – Denis Dhondt